neilgodfrey wrote: ↑Mon Oct 04, 2021 11:32 pm
Does Bolland actually discuss Pilate? If so, what page? Thanks
Bolland in a first moment says that the invented life of Jesus was placed under Pilate because a his contemporary, such John the Baptist, was identified as the Prophet predicted by Moses.
Algemeen echter, of bijna algemeen, werd de Christophanie chronologisch vastgehecht aan het optreden van den doopenden boetprediker Johannes, van wien men wist dat hij onder Pontius Pilatus had geijverd, en dien velen aanmerkten als den propheet die door Mozes voorspeld was in Dt. 18:18.
Then, in a second moment, Bolland does the same argument I am doing here. Judge by yourself and note the difference:
In den heelen Juda(s) vermogen wij niets anders te zien dan eene legendaire persoonsverbeelding van het volk der Joden zelf, waarbij het dan van zelf de vraag wordt vanwaar de smet het eerst kan zijn geworpen. En Jēsoùs < Jēsjû < Jēsjûa' < Jehôsjûa' Jehosua, Jozua; Jozua nu is de groote legendaire figuur geweest waaraan Ephrájim, Israel, Samarië zich de vernietiging zijner oude vijanden in het door Jaho aangewezene land te binnen bracht. Volgens oude lezing, in Joh. 1:46 en 6:42 bewaard, is Jezus een zoon van Joseph; Joseph nu kan in het algemeen voor Jakob, Israel, Samarië staan, gelijk te zien is aan het parallele “Juda - Jozef” van Hez. 37:16, en ook betuigd wordt door Josephus, volgens wien de Samaritanen zich gaarne “zonen van Jozef” noemden. (J. Oudh. 11:8, 6). Dat deze zonen van Joseph in 35 op hun heiligen berg, waar zij zich onder een dweepzieken leider vereenigd hadden, op bevel van Pontius Pilatus om het leven zijn gebracht, weten wij van Josephus (J. Oudh. 18:4, 1-2) en dat “Juda” net de man was om zich over het afslachten van den “zoon van Jozef” te verheugen, weten wij ook. Bedenken wij nog dat een kruisdood van Jezus niet voorkomt bij Philo, Josephus, in echte oude Sanhedrinberichten, in de Openbaring (11:8 is geïnterpoleerd), in den brief aan de Romeinen en den Jakobusbrief, de Leer der Apostelen en den Herder van Hermas, dat de Joodsche “vijandige mensch” van Recogn. 1:70-71 den tooveraar Simon náást de apostelen stelt en de ook in den Thalmûd bekende Samaritaansche volkman Theudas (45) volgens Clemens Alexandrinus een bekende van Paulus is geweest (Strom. 7:17, 107), dan mogen wij ons wel afvragen of mogelijk niet de door Juda aan Pilatus verraden “Jēsjû bar José” eene Messiaansche hulpe Jaho's uit Samarië is geweest, die door de ondankbare Joden is versmaad, verloochend en in den steek gelaten. Wij staren hier weder op nevelen, raadselachtig, en eenen uitweg naar de “Galileesche” traditie zien wij hier niet, maar een feit is het dat in het begin der tweede eeuw de realiteit van Jezus' menschelijkheid en kruisdood door onjoodsche Christianoi (Chrestianoi?) is geloochend.
https://www.dbnl.org/tekst/_twe00218960 ... 1_0048.php
What do you think?